Proeftuinnieuws

Vroege plantingen Clery

Het merendeel van de teelten Clery staat in bloei en er zijn al kleine afgespeende vruchtjes zichtbaar. Er zit wel een grote spreiding in de plantdata. De vroegste teelten werden al rond 5 december opgeplant, de laatste pas tussen Kerstmis en Nieuwjaar. De bloem zit dit jaar duidelijk dieper dan in 2012 en daarom verwachten we een betere zetting van deze eerste bloemen. Er moest zo goed als nergens voorbloei worden weggenomen. Wel zijn de planten gemiddeld iets lichter dan vorig jaar. Mede door de diepe bloem en door het koude weer in de weken 3 en 4 is er tot nu toe duidelijk minder koprot dan vorig jaar. Blijf tijdens de bloei echter enkele malen preventief behandelen tegen vruchtrot (en koprot). Een tweede probleem bij Clery is de gevoeligheid voor tip-burn. Dat is een slechte verdeling van calcium in de hartbladeren waardoor de bladranden maar soms ook de kelkblaadjes of zelfs volledige bloemtakken verbranden. Een goede worteldruk geholpen door een goede verdamping overdag kan beide problemen onder controle houden. Deze goede worteldruk kan je stimuleren door voldoende water te geven: zorg tijdens de bloei voor 25% drain bij zonnig weer en 10% bij regenachtig weer. Door een goede watergift zorg je ervoor dat het zoutgehalte in het substraat niet oploopt, en juist hierdoor kunnen de wortels voldoende druk opbouwen voor een goede calciumopname. De drain-EC bij Clery ligt idealiter tussen de 1,2 en 1,5 mS/cm.

Overdag kan je de verdamping stimuleren met een minimum raam op RV vanaf 68%. Stel een minimum raam van 15% in, maar zorg ervoor dat de ramen worden gesloten op een buitentemperatuurtraject van 15°C tot 5°C. Tijdens het opstoken hou je het scherm gesloten. Alleen al door het opwarmen zelf doe je al aan ontvochtiging. Warme lucht kan immers meer vocht bevatten dan koude lucht. Pas na het openen van het scherm ’s morgens moet de minimum raam worden ingeschakeld.

Vroege plantingen Sonata en Elsanta

De meeste plantingen met deze rassen werden tussen 20 december en Nieuwjaar uitgevoerd. De planten zijn nu al bijna voldoende gestrekt. Men ziet dat de planten echt reageren op de warme kastemperaturen en de belichting. Er werden op de meeste plaatsen 2-3 nieuwe blaadjes gevormd. Volgende week zal op de meeste plaatsen de benodigde strekking van 15 cm bereikt zijn en zullen de planten stilaan in bloei komen.

Ieder jaar zien we dat Sonata door zijn grotere koudebehoefte trager reageert op warmte en belichting dan Clery. Meestal resulteert dat in veertien dagen achterstand bij eenzelfde stookregime. De koudebehoefte van Sonata bedraagt 1.575 koudepunten. Ter vergelijking: Elsanta heeft een koudebehoefte van 930 koudepunten en Clery een van ongeveer 700 koudepunten.

Tijdens de bloei wordt hier, net zoals bij Clery, gewerkt met een minimum raam en een minimum buis op vocht. De watergift moet bij Sonata wel zeer voorzichtig gebeuren, omdat dit ras iets gevoeliger is voor Phytophthora en zwartwortelrot. Probeer vooral niet te laat water te geven en zorg in de minder actieve periodes (avond en nacht) voor een luchtig substraat.

Sonata en Clery lenen zich goed om te werken met biologische bestrijding (begin bloei). Voor de bestrijding van spint kan je best Amblyseius californicus uitzetten. Voor trips werkt men doorgaans met Amblyseius cucumeris.

Het oude blad in de doorteelten rijpt mooi af onder invloed van de koude in weken 3 en 4.

Doorteelten

De doorteelten liggen eind januari nog bijna overal koud. Er is wel al vrij veel koude gevangen door de aanhoudende vorst in weken 3 en 4. Wellicht zal er in de eerste doorteelten gestookt worden vanaf begin februari. Het juiste tijdstip voor de start-stook kiest iedere teler zelf naargelang zijn situatie (aanwezigheid scherm, type energiebron…) en zijn doelstellingen. De hoge energieprijzen en de hoeveelheid rust (koude) zullen dit jaar de twee meest bepalende factoren zijn. Het vroeg beginnen forceren van Elsanta-doorteelten heeft in het verleden vaak problemen opgeleverd. Vooral de zetting laat dan vaak te wensen over omdat het tijdstip van de eerste open bloemen nog meer in de donkere periode valt. Hoe meer koude men vangt, hoe beter de strekking van gewas en bloemtakken en hoe beter de vruchtkwaliteit (zetting en vruchtgewicht). Het ideaal is 930 uren op 1,39°C (volgens het koudemodel van Elsanta). Vrijwel geen teelten zullen hieraan geraken, maar het tekort aan koude kan worden opgevangen door de belichting. Het oud blad knippen wordt tijdens de maand februari uitgevoerd, meestal vanaf start-stook. Het zou uiterlijk veertien dagen na het opstoken uitgevoerd moeten zijn. Het zo snel mogelijk verwijderen van dit oude blad uit de serre kan problemen met witte vlieg aanzienlijk verminderen, daar men op die manier heel wat witte vlieg mee naar buiten neemt. Van zodra het oude blad is verwijderd, is de gewasoppervlakte in de serre drastisch gereduceerd waardoor de RV diep onderuit kan zakken bij zonnig of schraal weer. Je moet dan broezen vanaf 55% RV. Wees zeer spaarzaam met water zodat Phythophthora zo weinig mogelijk kansen krijgt. Vooral na het blad knippen is voorzichtigheid geboden. Je kan best nog eens behandelden tegen wortelziekten in de eerste weken van het opstoken.

De substraatteelten liggen overal op de grond en moesten afgedekt worden tegen de vorst in weken 3 en 4. Door het natte en vooral zachte weer in december en in week 5 zijn er veel problemen met koprot. Veel telers hebben de planten al opgeknipt om dit probleem te verhelpen. Ook in de wandelkappen kan er oud blad worden weggenomen. Tevens wordt er nu plastic in de paden gelegd (stro wordt nog zelden gebruikt). Als je luis vindt kan je al een behandeling uitvoeren indien de temperatuur hoog genoeg is.

Auteurs: D. Vinckx, N. Druyts, K. Lavrysen & D. Vermeiren (PCH)